30.10.07

Geduld

Ze hebben mij nodig om Milquet te kalmeren en de staatshervorming eindelijk op de sporen te zetten, ik heb momenteel dan ook niet veel tijd om verder aan mijn memoires te werken.

Die zelf-opgelegde deadline van 15 november is er overigens op mijn aanraden gekomen - tegen dan is het wildseizoen namelijk in volle gang en ge ziet van hier dat ik dan nog steeds in een stoffig kasteel zit te onderhandelen.

Neen, dan ga ik mij volledig incommunicado maken, GSM en elektronisch agendabakske opzij kieperen en mij ergens in een herberg in de Walen verstoppen om mij te buiten te kunnen gaan aan everzwijn met selderpuree en gestoofde herterug!

25.10.07

Onder tsjeven

Sommige van mijn medebloggers op het Interweb vragen zich af waar het woord 'tsjeef' vandaan komt en hoe het gespeld wordt. Wat dat laatste betreft kan ik kort zijn: het is met name dus wel degelijk 'tsjeef', 'tsjeverij', 'tsjevenstreek', 'tsjeefachtig', 'tsjevendom' en wat weet ik nog al.

Waar het vandaan komt, dat is een ander paar mouwen.

Volgens Wikipedia is 'tsjeef' afgeleid van 'jozefisme', naar keizer Jozef II van het Heilig Roomse rijk, die er naar het schijnt nogal aparte opvattingen over de verhouding tussen kerk en staat op nahield.

Kijk, dit is nu eens een goed voorbeeld van het feit dat ge op het Internet de baarlijkste nonsens kunt aantreffen. Het is niet omdat het op Wikipedia staat dat het juist is. Elke halvegare met teveel vrije tijd kan daar wat op komen kliederen. In die zin is het Internet tot mijn spijt niet veel beter dan de gazet.

Laat mij in de plaats de ware toedracht even uit de doeken doen: het begrip 'tsjeef', mijne damen en heren, is inderdaad weliswaar afgeleid van 'Jozefisme', maar we spreken hier niet van Jozef II van het Heilig Roomse Rijk, maar daarentegen van Jos - Jozef - Chabert.

Jos Chabert is namelijk de ultieme tsjeef. Hij belichaamt de Vlaamse christendemocratie van de 20e eeuw (en die van de vroege 21e eeuw, als ge het aan hem vraagt).

Hij bezit een wereldrecord in het houden van het Belgisch ministerschap: 24 jaar lang was hij onafgebroken minister! Eerst als nationaal minister, daarna als minister in de Brusselse regering. Sterker nog, hij is de enige Vlaamse Christendemocraat die zonder zijn ministerportefeuille in te moeten leveren de Paarse Winterslaap heeft overleefd (althans van 1999 tot 2004). Een ware tour-de-force, waarvoor zelfs Herman Van Rompuy enige tekenen van bewondering vertoonde.

Zijn historische verwezenlijkingen zijn ontzagwekkend: samen met Pezenwever De Croo heeft hij het politieke dienstbetoon uitgevonden. Op elke Vlaamse pensenkermis stond hij paraat, met een goedlachse handdruk in de aanslag. Elke bouwaanvraag in het Brusselse passeerde door zijn vingers. Als meesterlijk snel-lezer wist hij duizenden dossiers te behandelen. En daarnaast heeft hij ook de autogordel verplicht gemaakt en zo ontelbare levens gered.

Jos Chabert excelleerde aldus in het veroveren en bestendigen van macht, in het beoefenen van het voluntaristisch clientelisme, dit alles tijdens het in acht nemen van strenge ethische principes.

Deze drie eigenschappen definiëren vrijwel perfect wat we nu begrijpen onder tsjevendom en het mag geen verrassing wezen dat het begrip indertijd naar Jos Chabert werd genoemd en populair werd.

En Jos Chabert zou overigens zichzelf niet geweest zijn - een schalkse tsjeef - moest hij niet na zijn pensionering als minister nog een mooi postje uit de brand hebben gesleept. Het zij hem hartelijk gegund!

21.10.07

Sweet Caroline



De sossen hebben eindelijk een nieuwe voorzitter, en het is hun gegund.

Caroline Gennez haalde het met twee derde van de stemmen tegen outsider Eric De Bruyn, die één derde van de stemmen voor zich kreeg. In elke andere partij zou dat als een billijk resultaat beschouwd worden, niet zo bij de SP.A, waar doorgaans stalinistische meerderheden in de 90% of meer gehoopt en verwacht worden. De sfeer is er momenteel dan ook erg gespannen.

Vooral het feit dat een kleinlinkse aspirant als De Bruyn meer dan 30% haalde zorgde voor onthutsing - in een recent verleden zou die zelfs nog bij de PvdA geweigerd geweest zijn wegens onvoldoende electoraal potentieel.

Ik heb altijd goede contacten met de socialisten onderhouden en ben dan ook op onderzoek uitgegaan, teneinde voor u het hoe en het waarom van deze zaak uit te vissen.

De verklaring is eigenlijk heel eenvoudig: de militanten waren Neil Diamond beu gehoord.

Laat mij u een en ander verduidelijken.

Om te beginnen is het zo dat de sossen al een hele tijd met een leidersprobleem opgescheept zitten: sommige voormannen spelen liever burgemeester (een sentiment waar ik wel enigszins kan inkomen), anderen zijn bij voorkeur met hun basketclub in de weer of prefereren de vetbetaalde parvenu uit te hangen.

Caroline Gennez had ondertussen achter de coulissen reeds jarenlang hard labeur liggen verzetten. Na elke spaghetti-avond die de partij organizeerde om fondsen te werven was zij het die de afwas deed. Lange tijd fungeerde ze als persoonlijk chauffeur van de Teletubbies. Ettelijke malen ging zij interviews met de pers afleggen als Tobback of Vandelanotte weer eens geen zin hadden. Kortom, ze stak zonder morren voortdurend de handen uit de mouwen.

Caroline ontpopte zich zo als trouwe steun en toeverlaat van de verschillende socialistische kopstukken - en het was niet meer dan logisch dat nu deze laatsten het één voor één hadden laten afweten, het aan haar was de fakkel over te nemen.

Nadat Vandelanotte in de afloop van de laatste verkiezingen de handdoek in de ring had gegooid, begon ze zo haar campagne voor het voorzitterschap uit te tekenen, overlopend van het zelfvertrouwen. Ze besloot de hulp van Patrick Janssens in te roepen, een ervaringsdeskundige in reclame en marketing technieken.

Janssens ging gretig in op haar verzoek en zijn eerste suggestie was om de visuele media te bespelen: Janssens beweerde uit studies geleerd te hebben dat iemand sympathieker bevonden wordt als diens aangezicht op foto's of voor televisiecamera's licht schuin of in een kwart-profiel staat.

Gennez nam deze raad ter harte: zodra ze een camera opmerkte, begon ze spontaan het fotomodel uit te hangen en haar gezicht te draaien (zie de hier bijgevoegde fotoreeks). Nu, dat werkt misschien voor het brede publiek, maar de socialistische militanten, die gewend waren toegesproken te worden door lelijke oude mannen, reageerden onwennig en geirriteerd.

Janssens, zoals bekend een grote fan van Beerschot, supportert daarnaast ook in Engeland voor Arsenal. Af en toe zakt hij zelfs af naar het stadium van de Gunners, en daar is hij altijd onder indruk van de stadium-muziek, en de supporter-hymne die daar weerklinkt: jawel, Neil Diamond en 'Sweet Caroline... reut-teut-teut...'!

Dit bracht Patrick Janssens op het in zijn ogen lumineuze idee om elk socialistisch congres, iedere bijeenkomst van het partijbureau en elk officieel SP.A evenement voortaan te laten inluiden door 'Sweet Caroline'.

Alle mailings van de partij en briefhoofdingen liet hij afsluiten met de regels:

'Sweet Caroline
Good times never seemed so good
I've been inclined
To believe they never would'
Elke officiële e-mail die het partijbureau verliet kreeg hyperlinks mee naar de iTunes-store en YouTube-filmkes.

De militanten, die doorgaans zonder veel tegenpruttelen de kandidaat aanvaarden die hun voorgeschoteld wordt, kregen het nu echter helemaal op hun heupen. Neil Diamond is een goed zanger maar er zijn limieten aan wat een socialist kan verdragen.

De maat was compleet vol toen Janssens tijdens een campagne-avond van Gennez in het Antwerpse een gastoptreden maakte in glitterpakje en met aangeplakte bakkebaarden Neil Diamond's klassieker begon te lip-syncen: de hele partijafdeling in Antwerpen besloot van de weeromstuit Eric De Bruyn te steunen.

De wrevel verspreidde zich vervolgens over het ganse land en Caroline Gennez mag uiteindelijk nog heel tevreden zijn met haar 66%. Had ze een serieuze tegenkandidaat gehad, het had er misschien niet zo goed uitgezien. Maar eind goed al goed, en dit bericht kan ik slechts op één manier afsluiten:

19.10.07

Beknopte dienstnota's

  • André Flahaut is op werkbezoek in Congo na een uitnodiging die hij ontvangen heeft van Joseph Kabila. Deze laatste was namelijk zeer geintereseerd in het zelfs naar Congolese normen verbluffend stukje creatieve boekhouding met de Belgische Thesaurie dat Flahaut de afgelopen jaren ten beste heeft gegeven.

  • Schepen Leo Stevens uit Mechelen blijkt hierover niet te spreken te zijn en oppert verongelijkt: "Verduister honderdduizend Euro en je vliegt in de bak. Verduister 200 miljoen Euro en je mag de wereld rondreizen!"

  • De Scheve Palingvisser en Bartje Blaaskaak hebben elkaar even diep in de ogen gekeken. De pers maakt daar onmiddellijk een heel spektakel van en spreekt van een boksmatch tussen een oude garde tsjeef en een communautair querulant - maar het betreft hier eigenlijk een aloud politiek-strategisch maneuver: onze twee voormannen proberen zich namelijk als 'good cop / bad cop' te profileren tegenover de Walen om zo meer gedaan te kunnen krijgen tijdens de onderhandelingen.

  • Bart De Wever en ikzelf hebben overigens de recentste wedstrijd van de Rode Duivels bijgewoond en we werden danig geinspireerd door wat zich op het veld heeft afgespeeld. Na afloop zijn we een weddenschap aangegaan: als er binnen drie weken geen nieuwe regering is, zal ik het veld van Club Brugge opsprinten!

  • Laurette Onkelinckx en haar Vlaamse zwammen: de pers en de bloggers kunnen er niet genoeg van krijgen. Ik zeg: mannekens toch, zijt niet zo snel op uw teen getrapt. Ik vat die zwammen op als een sympathieke Geuzennaam - ik ben overigens een grote liefhebber: tijdens mooie herfstdagen schuim ik graag samen met Celie het Zoniënwoud af, op zoek naar oesterzwammen, champignons, eekhoorntjesbrood en vooral: cantharellen. Kilo's dat ik daarvan kan opvreten!

17.10.07

Paling in't groen

Dat ik niet van journalisten moet weten, daarmee vertel ik u hier niks nieuws.

De zeldzame keren dat ik interviews afleg, doe ik dan ook weinig moeite om mij aan de feiten te houden - gegarandeerd rukt de journalist in kwestie later een en ander toch uit de context of verdraait hij mijn woorden; dan grijp ik liever pre-emptief in en lig zelf wat met de voeten van de interviewer te rammelen. Naar verluidt doet Bob Dylan dat ook altijd.

Enfin, dit maar om u te melden dat ik weken lang geambeteerd werd door een Hollander die mij per se wou interviewen, liefst bij mij thuis dan nog. Robert Roerei of zoiets, en hij wou mijn mening horen over de communautaire problematiek en de crisis in België. Om van zijn gezaag af te zijn heb ik uiteindelijk toegezegd, en heb mij vervolgens wat met hem liggen amuseren. Onzen Tom heeft een en ander opgenomen op video en gepost op Juutuub - naar het schijnt zou ik dat hier op mijn weblog ook moeten kunnen laten zien:

16.10.07

Beknopte dienstnota's

  • Er zit een gat van anderhalf miljard Euro in de Paarse begroting. Minister van Begroting Freya Vandenbossche ontkent in drie talen dat er bij de begrotingsopmaak vierkantswortels aan te pas waren gekomen en wijst op de tekorten in het kabinet van Defensie en de overdreven optimistische inschatting van de voorafbetaling van bedrijven door Didier Reynders.
  • André Flahaut en zijn kabinetchefs ontkennen dat er enig probleem is en beroepen zich op de bij Franstalige socialisten populaire Mathot-verdediging: "Als er al een tekort zou zijn, dan is het er vanzelf gekomen, en zal het ook vanzelf weggaan. Al de rest betreft technisch-boekhoudkundige details."
  • Ook Didier Reynders ontwaart een lichtpuntje: hij wijst erop dat de voorafbetalingen dit derde kwartaal toch met 10% zijn gestegen - en stijgen is beter dan dalen! Dat de geanticipeerde stijging die een jaar geleden in de boeken werd ingeschreven 14% betrof, is een te overkomen technisch-boekhoudkundig detail.
  • René Vandereycken kijkt dit spektakel ondertussen bewonderend toe vanaf de zijlijn en overweegt de drie Paarse excellenties als consultants in te huren om zijn resultaten met de Rode Duivels beter naar de buitenwereld toe te kunnen communiceren.
  • Mij daarentegen ontlokt dit alles slechts bittere melancholie, en ik denk nostalgisch terug aan mijn tijd, waarin Herman Van Rompuy onze begroting opmaakte aan de hand van macro-economische modellen en ramingen bekwam door het analytisch oplossen van partiële differentiaalvergelijkingen.

15.10.07

Omtrent Dedecker

Jean-Marie Dedecker en ik, dat wordt nooit iets.

Dedecker is een BMW-chauffeur: brutaal, zelfzuchtig, denkt dat alles en iedereen voor hem opzij moet, en onbetrouwbaar. Ik daarentegen rijd Mercedes: competentie en klasse, met een cachet van respectabiliteit dat door een jarenlange staat van dienst wordt afgedwongen.

Mensen begrijpen dat niet en vragen mij dikwijls waarom het niet botert tussen ons: we zijn beiden zogezegd mannen van het volk die geen blad voor de mond nemen en een directe stijl hanteren, met politieke standpunten die weliswaar verschillen maar ook niet zo ver uit elkaar liggen.

Wel, dit is eigenlijk naast de kwestie. De waarheid is dat Dedecker geheel niet geintereseerd is in politiek. De politicus Jean-Marie Dedecker is niet meer dan een constructie uit papier maché die recht uit het atelier van Delphine Boël had kunnen komen. Het enige dat Dedecker beroepshalve iets kan schelen is zijn sjacherhandeltje in verzekeringen. Meer belangstelling heeft Elio Di Rupo voor het verzamelde werk van Hendrik Conscience dan Dedecker voor de Belgische of Vlaamse politiek.

Waarom dan zijn carriere bij de VLD, Cassandra, de episode met de N-VA tot de Lijst Dedecker en de hele rataplan? Simpel: pure, onversneden, ziedende rancune!

Laat mij dit even verduidelijken. Daarvoor moeten we teruggaan naar het midden van de jaren negentig. Ik was net begonnen aan mijn tweede legislatuur en had de teugels van het nationale politieke bestel strak in handen.

Club Brugge beleefde in die jaren triomfen onder Hugo Broos en ik had de trainer en het team ettelijke malen uitgenodigd voor een aantal recepties in mijn ambtswoning in de Wetstraat 16. Als vurig supporter en belangrijkste burger van het land was dat uiteraard mijn voorrecht.

Jean-Marie Dedecker was toen zoals algemeen bekend nationaal judocoach en lag met Ulla, Gella, Harry en consoorten een hoopje medailles bijeen te sprokkelen op de Olympische Spelen en allerhande Europese of Wereldkampioenschappen. Kijk, ik had daarvoor het volste respect, maar laat ons wel wezen en beschouwen hoeveel mensen op deze planeet aan judo doen: een hoop Japanners, wat Fransen, Belgen, Hollanders, enkele Oostblokkers en een paar verdwaalde Cubanen. Vergelijk dit met pakweg voetbal, een sport die een gigantisch aantal mensen en naties beroert en zelfs impact heeft op de mondiale politiek en u begrijpt dat judo zich hiertoe verhoudt als F.C. Denderwindeke tot A.C. Milaan.

Dedecker was blijkbaar iemand die dat niet verstond en het moet een paar dagen na de slotceremonie van de Spelen in Atlanta in 1996 geweest zijn dat hij mij opbelde:

"Jean-Luc, wanneer nodigt ge mij en mijn troep uit op de 16?"

Kijk, als er iets is waar ik slecht van kan lopen, dan zijn het mensen die zichzelf uitnodigen (BMW-gedrag).

"Ge laat er die kortademige prutsers in hun blauwzwart jeanettenkostuum wel gedurig rondparaderen, waarom dan eens geen echte atleten vragen?"

En als ze mij echt humeurig willen krijgen, moeten ze iets denigrerends over Club Brugge of Club's spelers zeggen.

"Wat denkt ge van volgend weekend? Ik ga er ook wat fotografen en journalisten bij vragen, en we zouden best ook een persconferentie houden."

Fotografen, journalisten, pers? Trop was teveel op dat moment, ik liet mijn gebruikelijke tact vallen en repliceerde briesend:

"Dedecker, wat mij betreft duwt ge uw judoka's van het hellend vlak van Ronquières of hangt ge ze aan de bollen van het Atomium, maar laat mij gerust!"

Dedecker nam dat niet echt goed op maar ik hield voet bij stuk. Een jaar later, na de Europese judokampioenschappen in Oostende - een recordaantal medailles voor Belgie - probeerde hij het opnieuw. Ik ontving weer telefoontjes:

"Dehaene, wat moeten we godverdomme nog meer doen om de erkenning te krijgen die ons toekomt?"

Dit begon een vrijwel dagelijks ritueel te worden en ik kreeg het danig op mijn heupen, tot ik een idee kreeg. Ik belde zelf Dedecker op:

"Jean-Marie, ge moogt samen met uw ploeg bij mij over de vloer, op één voorwaarde: ge moet mij eerst in een rechtstreeks duel, man tegen man, op de tatami weten te vloeren!"

"Ha! Jean-Luc, ge zijt misschien een dikke kloot, maar ge toont dat ge er ook twee hebt! Dat is taal naar mijn hart. Ik verwacht u eerstdaags in Oostende."

Zo gezegd, zo gedaan, en spoedig bevond ik mij, gehuld in een op maat gemaakte kimono en vergezeld door een aantal verontruste kabinetchefs, op de tatami in Dedeckers trainingscentrum. Aan de overzijde stond Dedecker mij breedgrijnzend toe te staren, hij kon zijn geluk blijkbaar niet geloven.

Wat hij echter niet besefte, is dat ik, naast de politiek en mijn familieleven, één andere passie bezat: sumo-worstelen. Daarmee was ik begonnen eind jaren tachtig, tijdens een staatsbezoek in Japan; een Japanse onderminister had mij toen op een bepaald moment toegefluisterd: "Ik denken u talent hebben voor sumo - u eens willen proberen?" Hij bleek gelijk te hebben, ik beschikte over enige aanleg, kreeg de smaak te pakken en spendeerde voortaan een behoorlijk aantal uurtjes van mijn vrije tijd aan deze edele gevechtssport.

Dedecker mocht dat snel ondervinden: hij begon vruchteloos op mij in te beuken, paste al zijn judogrepen toe, brieste, steunde en wrong wat hij kon, maar kreeg mij geen millimeter verroerd.

Sumo is een zaak van karakter, taaiheid en geduld. Ik wachtte rustig af, tot Dedeckers kop hoogrood was opgelopen en de stoom uit zijn oren steeg; ik had mijn buikspieren helemaal opgespannen toen hij een zoveelste maal op mij afstevende, en net voor impact relaxeerde ik ze: Dedecker ketste op mij af als een biljartbal op de band, verloor zijn evenwicht, en ik liet mij met mijn volle gewicht op hem vallen: driedubbel overgehaalde ippon, en de kamp was beslecht!

Jean-Marie toonde zich een slecht verliezer en schreeuwde mij toe: "Mijn beurt zal nog komen! Wraak! Ik zal u samen met uw tsjeven ook eens op eigen terrein komen kloppen! Wacht maar af!"

En zo schreef hij zich in 1999 in bij de VLD, met als enige ambitie ooit zijn gram te kunnen halen op mij en mijn partij. Dat verklaarde zijn keuze voor de VLD, indertijd de anti-CVP partij bij uitstek. Nadat hij zich daar onmogelijk had gemaakt, probeerde hij het van binnenuit, via onze kartelpartner. Gelukkig had Bart De Wever hem tijdig doorzien.

En nu is er dus Lijst Dedecker. Of moeten we zeggen, de F.C. Denderwindeke van de nationale politiek?

12.10.07

Beknopte mededelingen voor vandaag

  • Hugo Claus heeft verdorie alweer achter het net gevist wat betreft de Nobelprijs literatuur. Geen nood, want het mens dat hem nu gekregen heeft, een feministische ex-communiste die science-fiction schrijft - hoe komen ze erbij daar in Stockholm? - is ruim tien jaar ouder dan Hugo. Het is dus blijkbaar een kwestie van geduld oefenen. Wat velen overigens niet weten is dat ik een vurig bewonderaar van Hugo ben: ik heb indertijd Celie weten te versieren door 's nachts buiten onder haar slaapkamer de Oostakkerse Gedichten staan bloemlezen.
  • Mijn mening over de afloop van de affaire Fientje Moerman? Een storm in een glas water, zoals ik eerder al stelde. Greet Op De Beeck rekende het kabinet Moerman een factuur aan met een nulletje teveel erin, een lapsus die vervolgens een eigen leven zou gaan leiden. Ik ben ervan overtuigd dat het geen kwaad opzet betrof. Ten huize Dewael/Op De Beeck wordt het papierwerk namelijk ingevuld door Patrick Dewael. En het is een publiek geheim dat zowat alle Paarse excellenties volslagen onbenullen zijn wat betreft elementaire wiskunde. Ik ben geen psycholoog maar het moet zijn dat er sprake is van een soort collectief trauma - onderdrukte herinneringen uit de kindertijd aan sadistische wiskundeleraars misschien? Optellen en aftrekken, bij voorkeur in de aanwezigheid van een telraam, dat is het zowat. Die factuur was ongetwijfeld slechts een ongelukje.
  • Over Paars en wiskunde gesproken: het kabinet Flahaut werd onlangs onder curatele gesteld door Freya Vandenbossche wegens onjuistheden in de boekhouding. Opmerkelijk: ervan beschuldigd worden niet correct te kunnen rekenen door een vierkantsworteltrek-onkundige. André Flahaut roept ondertussen verzachtende omstandigheden in: een lichte vorm van het Asperger-syndroom zou hem naar verluidt hinderen bij het maken van staartdelingen.

11.10.07

Belgometer

Ha, De Standaard komt af met een Belgometer-test! Heb dat snel even ingevuld:

De Troonsopvolging

Een tijdje geleden werd ik ontboden op het Paleis.

Toen de portier mij binnenleidde in de Koninklijke Salon en ik aldaar de gelaatstrekken van Herman Van Rompuy en Mark Eyskens ontwaarde, wist ik meteen hoe laat het was. Maar ik zou onze Vorst eerst zijn zegje laten doen. Na enige ogenblikken schreed Albert II plechtig de Salon binnen en nam het woord.



"Mijne Heren, Waarde Ministers van Staat,
Het is mij een werkelijk genoegen u te kunnen mede delen
dat de Koningin, alsook de Secretaris van de Koning,
zijnde Jacques van Yperstrele de Strihou,
er vanavond helaas niet kunnen bijzijn.
U begrijpt wat dit betekent."

"Kleurenwies!!", schreeuwden wij als uit één keel.
De Koning staat er namelijk om bekend graag kaartavonden te organizeren als hij het kot voor zich heeft. Blijkbaar had Paola al weken liggen zagen om eens een avond naar de opera te gaan, maar Berre moet naar eigen zeggen niet van dat varkensgekeel weten en had François-Xavier de Donnéa gevraagd haar nog eens mee uit te nemen. Van Ypersmeersel de Spirou had hij ondertussen een paar dagen op congé gestuurd.

Opgepast, die spelletjes kaart vinden plaats op het scherp van de snee: Eyskens bijvoorbeeld kan absoluut niet tegen zijn verlies en zal zonodig vals spelen om zijn gelijk te halen. Van Rompuy dan weer memoriseert quasi-perfect welke kaarten er al of nog niet gevallen zijn en past uit het hoofd Monte-Carlo analyse toe om zijn kansen te berekenen. En de Koning moogt ge zoals bekend geen vragen stellen, wat behoorlijk lastig kan zijn tijdens het wiezen.

Er worden naar gewoonte natura ingezet. Eyskens, die geniepigaard, zet meestal zijn schilderijen in - die zijn natuurlijk geen fluit waard maar de Vorst begrijpt dat niet. Als ge uw leven lang een dotatie ontvangt, hebt ge geen besef van de waarde der dingen. Ik neem doorgaans een paar kilo koteletten van een goed in het vlees zittend kalf mee maar Van Rompuy had die avond zijn eerste druk van Teilhard de Chardin's "Le Phénomène Humain" ingezet. Daardoor werden zijn zenuwen danig op de proef gesteld en al spoedig gingen de poppen aan het dansen - na een slecht afgelopen troel beschuldigde Van Rompuy Eyskens ervan in zijn kaarten gegluurd te hebben en de twee begonnen luid te bekvechten. Berre deed een teken naar mij en we zonderden ons stilletjes af richting Koninklijke Veranda.

"Waarde Jean-Luc, laat ons van deze onderbreking gebruik maken
om als twee oude kameraden
een paar woorden te wisselen.
Er moet mij namelijk iets van het hart."

"Zeg het maar, o gewaardeerde Vorst, ge weet, mij kunt ge vertrouwen!" (Akkoord, het is misschien niet schoon dat ik onze conversatie hier nu lig na te vertellen, maar mijn bedoelingen zijn goed, ge zult zien.)

"Ik zit met die aloude existentiële vraag:
Hoe moet het met mijn opvolging?
Wie zal er mijn nalatenschap - onze fiere natie -
in ere houden?"

"Wel, hoogedel staatshoofd, me dunkt dat ge kinderen genoeg gemaakt hebt!"

"Zwijg stil, Jean-Luc! De ene, die kan het niet. Die andere heeft het te druk met haar klein mannen of hangt de sloor uit voor haar tirannieke Habsburger. De derde zou ik nog geeneens vertrouwen als boswachter in het Zoniënwoud, laat staan als staatshoofd.
Ons Delphineke zou waarschijnlijk nog de meest bekwame zijn van al, maar die wil dan weer niet, en kan mij niet meer rieken of zien. Bij de Hollanders en de Engelsen schijnen ze vooral problemen te hebben met de schoondochters, maar daar kan ik niet van klagen. Integendeel, het is mijn eigen bloed dat mij in de steek laat!"

"En dat schoon kind daar in de Matonge-wijk..."

"Parbleu, Jean-Luc!
Laat ons serieus blijven, een troonsbestijger moet op zijn minst integraal blauw bloed hebben, wij van Saksen-Coburgs accepteren geen half-half. Geef mij alstublieft deftig advies."

"Misschien zijn we te streng voor Filip en moeten we hem toch een kans geven..."

"Va't en, Jean-Luc!
Eerder nog zal André Flahaut het Groot Dictee der Nederlandse Taal winnen, dan dat Filip drie samenhangende zinnen na elkaar uitspreekt - in het Nederlands of Frans, maakt niet uit.
Kunt ge u al voorstellen in wat voor affronten we gaan vallen tijdens kersttoespraken of 21 juli-vieringen?"

"Heu, misschien dan één van de klein mannen van Filip - een beetje zoals ze bij de Engelsen van plan zijn..."

"Ik moet zeggen, ons Gabrieleke ziet er mij een snugger ventje uit.
De genen die het intellect bestieren hebben blijkbaar een generatie overgeslagen. Maar het bazeken is begot nog maar vier jaar oud."

"Ze zijn nooit te jong, Sire."

"Mais non, Jean-Luc! Hoe gaat dat nu?
En ik betwijfel of ik lang genoeg ga leven om dat ventje meerderjarig te zien worden. Ik kan mijn glazen Calvados opzeggen en vitamine-pillen beginnen slikken à la docteur Le Compte maar wie zegt dat dat gaat helpen?"

"Hooggewaardeerd Vorst, dat bedoel ik niet. Denk aan uw broer. Het is al eerder gedaan."

"... génial, Jean-Luc!
Een voogd! Een Prins-Regent! Zoals Karel indertijd, maar dan bij voorkeur een niet-geschifte variant. Maar wie dan heeft voldoende wijsheid, ervaring, kennis en politieke bedrevenheid om zo'n functie op te kunnen nemen - en bovenal, wie kan ik vertrouwen?"

"..."

"Mais oui, natuurlijk...!
Toekomstig Prins-Regent Dehaene, bij deze feliciteer ik u alvast.
Ik wist dat ik op uw advies zou kunnen rekenen!"

Nadat ik zo mijn aanvullend pensioen veilig had gesteld, hervatten we ons kaartspel. De twee kemphanen waren ondertussen gekalmeerd. Ik voelde me opgelucht en onklopbaar, alsof ik net zegevierend een formatieberaad had afgesloten. U mag twee keer raden wie met Eyskens' gekladder en Van Rompuys boekje aan de haal ging.

7.10.07

Beknopte nota's van vandaag

  • Karel De Gucht weet volstrekt niet waarover hij het heeft wanneer hij beweert 'dat de N-VA plat op de buik zal moeten liggen om onder de lat door te kunnen' wat betreft Brussel-Halle-Vilvoorde. Ik kan iedereen met grote zekerheid verzekeren dat noch de N-VA noch de CD&V zal buigen - of dacht u misschien dat Bart De Wever en ikzelf überhaupt onder die lat doorkonden, zelfs al lagen we op onze respectieve buiken?
  • De SP.A zit nog steeds diep in de penarie wat betreft haar voorzittersverkiezingen. Alles wordt in het werk gezet om een open debat tussen de kandidaten te vermijden. Naar verluidt werd zelfs Frank Van Hecke van het Belang als consultant ingehuurd om de sossen de beginselen van een doe-het-zelf autocratisch partijbewind bij te brengen.
  • Er duiken weer berichten op over de vervaarlijke en afzichtelijke Waaslandwolf. Nu is er zelfs al een heel weblog aan gewijd. Waarom kunnen ze Freddy Willockx verdorie niet gerust laten wanneer hij zijn avondlijke buurtwandelingen maakt?

5.10.07

Verzoening

Vele lange jaren zit ik al in de politiek, maar toch raak ik nog steeds hevig ontroerd wanneer ik iets mag meemaken als wat er nu in Korea aan het gebeuren is: zo'n verzoening tussen oude vijanden, werkelijk schoon en pakkend is dat.

Presidenten Roh Moo-Hyun uit het zuiden en Kim Jong-Il uit het noorden die handje schudden (zie foto), wie had dat ooit durven denken!



Dat deze triomf van diplomatiek topoverleg ook onze nationale onderhandelaars moge inspireren! Wat in Pyongyang kan, moet immers ook in Brussel mogelijk zijn.

3.10.07

De Sfinks van de Reyerslaan

Louis Van Dievel meent zich te moeten vrolijk maken over de escapades van Dirk Tieleman in een schaatsprogramma op de VTM. Het optreden van de gepensioneerde voormalige eminence grise van de VRT in een zilver apepakje op ijs vindt geen genade in de ogen van Tielemans voormalige collega, die meent dat zoiets een gereputeerd ex-journalist onwaardig is.

Laat mij eerst even afstand nemen van het feit dat ik Louis Van Dievel maar een wormstekige baliekluiver met een zurige pissebeddensmoel vind, en mij concentreren op de feiten. Het is namelijk niet de eerste keer dat Van Dievel zich in de belangstelling probeert te werken door het lanceren van smalende opmerkingen: herinner u die keer in Amerika, met een mechanische rodeo-stier en de gevleugelde woorden 'let the beast go'? Juist, dat was zogezegd een premier totaal onwaardig!

Nu is Dirk Tieleman dus onderhevig aan de toorn van Van Dievel. Doorgaans heb ik de gepekelde maling aan journalisten en hun reputatie, maar in het geval van de Sfinks van de Reyerslaan moet ik een uitzondering maken. Laat mij even verklaren waarom.

We schrijven eind jaren tachtig. Tieleman stond bij de BRT bekend als een doorwinterd Rusland-expert - eigenlijk moet ik zeggen Sovjetunie-expert. Ik was ondertussen minister van Sociale Zaken en Institutionele Hervormingen en was toen al gereputeerd als de meest geslepen onderhandelaar ten oosten van het Kanaal. Ik was daarom ook een graag geziene gast op het hoofdkwartier van de NATO in Evere alwaar men mijn mening omtrent allerhande internationale aangelegenheden steeds op prijs stelde. In die tijden betekende dat vooral: kwesties betreffende de Koude Oorlog, het al dan niet plaatsen van kernraketten en dies meer. Ronald Reagan had een paar topontmoetingen gehad met Mikhail Gorbatsjov maar van een doorbraak was nog geen sprake, integendeel, de gesprekken leken zeer moeizaam te vorderen.

Tijdens een vergadering in Evere vroeg de Amerikaanse delegatie mij om raad - mijn ontmijning van de Voerkwestie had namelijk een bijzondere indruk nagelaten op Henry Kissinger en co. Ik had een eenvoudig advies klaar: zorg voor een topontmoeting in Moskou - de Russen op hun eigen turf confronteren en te woord staan zal hun respect afdwingen en de kansen op succes verhogen; bij voorkeur een one-on-one tussen Reagan zelve en Gorbatsjov.

Gemakkelijker gezegd dan gedaan - uitgenodigd worden door de Russen was toen nog moeilijker dan een reservatie vastkrijgen in de Comme Chez Soi - naast hun 'Njet' zou zelfs Joëlle Milquets 'Non' verbleken. De Amerikanen stelden vervolgens voor dat ik op diplomatieke missie naar Moskou zou reizen om het Baltische ijs trachten te breken, als een soort Verkenner avant-la-lettre. En zo begon ik een delegatie samen te stellen - mijn oog viel logischerwijs ook op Tieleman, ik meende dat die zich wel nuttig zou kunnen maken als tolk en secretaris tijdens vergaderingen.

Wat heb ik die mens onderschat! Nu twintig jaar na datum mag ik wel stellen dat het grotendeels aan Dirk Tieleman te danken is dat dat de Berlijnse Muur is gevallen. Laat mij dit verduidelijken.

De gesprekken vlotten in het begin helemaal niet - die Russische onderhandelaars hadden een speciaal soort machismo over zich. Met die gasten viel enkel te praten als het over vodka, weddenschappen of vrouwen ging. Wij waren uiteraard geen partij voor hen, totdat Tieleman zich ermee moeide: de belezen topjournalist sprak niet enkel vloeiend Russisch maar had tevens een ijzeren gestel, waarmee hij menigeen onder tafel kon drinken - zelfs Ivan Sonck moest indertijd de duimen leggen voor hem. Hij deed een simpel, maar achteraf bekeken briljant, voorstel: een weddenschap! Met als inzet een uitnodiging voor Reagan in Moskou.

De Russen lachten ons vierkant uit want niemand geloofde dat Tieleman ook maar enige kans had de weddenschap - die zou bestaan uit drie proeven - te winnen.

De eerste proef bestond erin om het snelst drie flessen vodka achterover te slaan. De Russen voerden hun sterkste drinker op en de strijd was spannend, maar tegen het tempo waaraan Tieleman de vodka door zijn keelgat spoot zou zelfs het debiet van de Wolga niet opgewassen zijn, en hij sloot de test uiteindelijk zegevierend af.

Vlak hierop werd de tweede proef aangevat: beide kandidaten kregen een moto ter beschikking - een paar gammele Urals uit 1963 - en moesten in hun verregaand beschonken toestand om het eerst het toenmalige Leningrad - nu St. Petersburg - zien te bereiken. Wat de Russen niet wisten was dat Tieleman jaren daarvoor heel Afrika had doorkruist per moto. De bultige asfaltwegen in Rusland waren klein bier vergeleken met de steppes, woestijnen en krankzinnige verkeerssituaties die hij daar op twee wielen had getrotseerd. Zelfs de kraaiepoten die de Russen hadden klaargelegd konden Tieleman niet uit zijn concentratie halen en triomfantelijk scheurde hij als eerste Leningrad binnen!

Als derde proef moesten de twee elkaars vrouw trachten te versieren. Ook hier hadden de Russen onze reporter lelijk onderschat: Tieleman is namelijk een volleerd latin lover - hij schudt probleemloos elk Zuidamerikaans danspasje uit zijn broekspijpen, kent elke lijn uit de liefdespoëzie van Pablo Neruda uit het hoofd en is zich persoonlijk in Indië gaan verdiepen in tantrische erotiek. Geen enkel getrouwd man op de VRT-nieuwsdienst en omstreken nodigde Tieleman indertijd uit op privé-feestjes, uit angst dat hun wederhelft met hem in de koffer zou duiken! Het bleek voor hem dan ook een koud kunstje die Slavische schoonheid opgewarmd te krijgen, en de weddenschap was binnen.

Meteen was ook de topontmoeting tussen de twee wereldleiders geregeld - de Russische onderhandelaars waren mannen van hun woord - en de rest van het verhaal kent u.

Aan dit avontuur heb ik dan ook het allerhoogste respect voor Dirk Tieleman overgehouden. Wat heeft die beschimmelde treurwilg van een Louis Van Dievel daarentegen zoal gepresteerd? Een hoop schunnige flutromans afgescheiden - me dunkt flauwen truut vergeleken met het beëindigen van de Koude Oorlog.